De Vreedzame Wijk – De Vreedzame School

De Vreedzame Wijk is een vervolgtraject op het programma De Vreedzame School, waarin actief en democratisch burgerschap centraal staan. Een Vreedzame School beschouwt de klas en de school als een leefgemeenschap, waarin kinderen zich gehoord en gezien voelen, een stem krijgen, en waarin ze leren om samen beslissingen te nemen en conflicten op te lossen. Kinderen voelen zich verantwoordelijk voor elkaar en voor de gemeenschap, en staan zodoende open voor verschillen tussen mensen. In Nederland zijn inmiddels meer dan 1000 basisscholen vreedzaam.  

Door het succes van de Vreedzame School zijn de principes ervan ondertussen doorgetrokken tot op wijkniveau. Verschillende organisaties, die in contact komen met kinderen, werken samen om een Vreedzame Wijk te bekomen, zodat jongeren er van jongs af aan constructief omgaan met elkaar. Hierdoor verkleint de kans op polarisering en de sociale samenhang binnen de wijk verhoogt. De pilot van de vreedzame wijk startte in 2008 op in Utrecht.

Waar uitgevoerd?

Verscheidene gemeenten in Nederland (Utrecht, Amsterdam, Capelle aan den IJssel, IJsselstein, Uithoorn, Arnhem, Helmond, Rotterdam, Groningen, Den Haag)

Projectaanpak

Om een Vreedzame Wijk op te starten is het noodzakelijk dat voldoende basisscholen in de buurt werken volgens het concept van de Vreedzame School. De invoering van het programma de Vreedzame School kan vervolgens een startpunt zijn om uiteindelijk tot een Vreedzame Wijk te komen.

De Vreedzame School

De Vreedzame School is een compleet programma voor basisscholen waarin actief gewerkt wordt aan sociale competentie en democratisch burgerschap bij kinderen. De kinderen krijgen een stem, mogen samen mee beslissingen nemen en leren om conflicten op te lossen met respect voor elkaar. Dit moet ertoe leiden dat kinderen vanop vroege leeftijd open staan voor de verschillen tussen mensen en minder vatbaar zijn voor de polarisering in de samenleving.

Invoeringstraject

De kern van De Vreedzame School wordt gevormd door een lessenserie. Het is de bedoeling dat (vrijwel) elke week in elke klas/groep – kleuters en lagere schoolkinderen - een les van 30 à 40 minuten wordt gegeven. In totaal zijn er 38 lessen rond groepsvorming, conflicthantering, communicatie, gevoelens, verantwoordelijkheid en diversiteit. Een belangrijk onderdeel is mediatie. Mediatie staat voor bemiddeling bij conflicten. Alle leerlingen leren wat mediatie is en daarbovenop worden enkele leerlingen opgeleid om de rol van leerlingmediator te vervullen. Zo leren de kinderen om zelf de verantwoordelijkheid op te nemen voor het oplossen van conflicten in de klas of op de speelplaats.

Om de principes van een Vreedzame School te implementeren is echter meer nodig dan enkel een lesmethode. Volgens CED-groep, eigenaar van het programma, is er een tweejarig invoerings- en ondersteuningstraject nodig waarmee een doorlopende pedagogische lijn wordt gecreëerd. De invoering bestaat uit een combinatie van het lesprogramma met teamtrainingen voor de leerkrachten.

Het standaardprogramma voor de leerkrachten loopt grosso modo twee jaar. Het eerste jaar ligt het accent in de teamtrainingen op het invoeren van de lessenserie en in het tweede jaar krijgt leerlingmediatie vorm. Daarnaast komen thema’s aan bod als sociale veiligheid, omgaan met (ongewenst) gedrag, ouderbetrokkenheid en de Groepsvergadering. Dit laatste is het democratisch hart in zowel de klas en als de school waar leerlingen een stem hebben, en mogen meepraten over zaken die hen aangaan.

Het beoogde resultaat

Door de principes van de Vreedzame School toe te passen, wil de betrokken school een vreedzamer klimaat creëren waar leerlingen een stem krijgen. Men beoogt dat leerlingen in een Vreedzame School:

  • op een democratische manier met elkaar beslissingen nemen;
  • constructief conflicten oplossen;
  • verantwoordelijkheid nemen voor elkaar en voor de gemeenschap;
  • een open houding aannemen tegenover verschillen tussen mensen;
  • leren volgens welke principes onze democratische samenleving is ingericht.

In België is er begin 2018 gestart met de eerste Vreedzame School, basisschool Lucerna in de Brusselse gemeente Anderlecht.

De Vreedzame Wijk

Dat kinderen op school met elkaar leren omgaan is geen garantie  voor hun gedrag buiten de schoolmuren. Kinderen groeien immers ook thuis op, in de straat/wijk en bij vrijetijdsorganisaties. De principes die ze leren op school, worden niet altijd ondersteund op die andere plekken. In een Vreedzame Wijk wordt er ingezet om de principes uit de Vreedzame School verder door te trekken naar de wijk. Overal waar het kind opgroeit, komt het in contact met de principes uit de Vreedzame School en  dit met steeds dezelfde verwachtingen en regels.

Zoals reeds vermeld, is het belangrijk dat er voldoende (basis)scholen werken volgens de principes van de Vreedzame School. Pas daarna kan men starten met de uitwerking van een Vreedzame Wijk. Stichting Vreedzaam biedt een ondersteuningstraject aan om de Vreedzame Wijk in te voeren. In dit tweejarig ondersteuningstraject wordt volgend stappenplan aangeboden:

Verkenning en voorlichting

In de eerste fase worden er verkennende gesprekken gevoerd met alle betrokken partijen in de wijk en waar nodig een voorlichting gegeven over het project. Nadien volgt een analyse van bestaande wijkinitiatieven die gericht zijn op kinderen en hun ouders. Tevens wordt er in deze fase nagegaan welke organisaties sleutelpartners kunnen zijn in het verdere proces en welke van hen na afloop van het ondersteuningstraject de verderzetting van de Vreedzame Wijk kunnen verzorgen.

Selectie deelnemende partners en officieel startmoment

In de tweede fase volgt de onderverdeling van organisaties die bereid zijn om deel te nemen aan het project. Stichting Vreedzaam geeft de voorkeur aan een onderverdeling gebaseerd op het schillenmodel. Daarbij wordt er eerst gekeken naar organisaties die het dichtst bij de school staan en vervolgens naar organisaties die steeds verder weg staan van de school. Bij de bereidwillige organisaties wordt er tevens gekeken hoe de principes van de Vreedzame Wijk in hun beleid passen.

Eens er voldoende deelnemende partijen gevonden zijn, vindt het (officieel) startmoment plaats van de Vreedzame Wijk.

Instellen stuurgroep Vreedzame Wijk

Om de Vreedzame Wijk beter te coördineren wordt er op wijkniveau een stuurgroep opgericht, waarin vertegenwoordigers van de deelnemende partijen zetelen onder leiding van een externe actor (zij die het proces begeleiden). Hierin zetelen personen met een helikopterzicht per ‘branche’, zoals het hoofd van de sociale dienst in de stad/gemeente of zij die aan het hoofd staan van een grotere organisatie uit de buurt.

Instellen stuurgroep per partner/doelgroep

Naast een stuurgroep op wijkniveau is er ook een stuurgroep nodig binnen de verschillende organisaties. Deze stuurgroepen coördineren de aanpak (vb. training medewerkers) van het project binnen elke organisatie.

Uitvoeren trainingen en informatiebijeenkomsten

Nadat er per organisatie een plan van aanpak klaar is, beginnen trainingen, gebaseerd op de principes van de Vreedzame School. De trainingen kunnen per doelgroep en organisatie variëren: de focus ligt op de setting(en) waarin men in contact komt met kinderen. Zo zullen trainingen voor ouders in hun gezinssituatie verschillen van de training voor een sportvereniging.

Train-de-trainer

Bij de verschillende trainingen wordt er gezocht naar sleutelfiguren die per organisatie de verderzetting van de Vreedzame Wijk kunnen verzorgen. Zij worden opgeleid volgens  het ‘train-de-trainer’ principe om zelfstandig binnen hun organisatie anderen te trainen na afloop van het ondersteuningstraject.

Knopen leggen: wat is er al en wat versterkt elkaar?

Het is aannemelijk dat er al een aantal initiatieven en activiteiten voor en met kinderen en jongeren bestaan in de wijk. Het is niet de bedoeling om naast het bestaande aanbod een aantal nieuwe activiteiten op te starten. Het is de bedoeling om de principes van de Vreedzame Wijk toe te passen op de bestaande initiatieven en activiteiten. Dit werkt versterkend voor de implementatie van de Vreedzame Wijk, aangezien de bestaande activiteiten reeds gekend zijn in de wijk.

Vreedzame Kinderraad, Kinderwijkmanifest en scholenacties rondom manifest

Bij het invoeringstraject van de Vreedzame Wijk wordt er voornamelijk met organisaties en bepaalde doelgroepen gewerkt. Toch mag de belangrijkste doelgroep niet uitgesloten worden. Bij de Stichting Vreedzaam wordt in het tweede jaar van het ondersteuningstraject de nadruk gelegd op de kinderen zelf. De kinderen worden actief betrokken bij de vormgeving van hun wijk. Stichting Vreedzaam geeft als voorbeelden een Vreedzame Kinderraad, een Kinderwijkmanifest en scholenacties die de betrokkenheid van kinderen vergroten.

Training wijkmediatoren

Naast het betrekken van de kinderen uit de wijk, worden tijdens het tweede implementatiejaar wijkmediatoren getraind. Dit kunnen bestaande mediatoren zijn uit de school die hun rol binnen de Vreedzame School ook op wijkniveau gaan invullen. Dit kunnen ook wijk- en/of buurtwerkers zijn die de principes van de Vreedzame Wijk in de praktijk gaan uitvoeren.

Communicatie: informatieve bijeenkomsten en nieuwsbrief

De wijk bestaat uit meer actoren dan de partners van de Vreedzame Wijk. Betrokkenheid van de hele wijk is onontbeerlijk om het project te doen slagen. Informatieve bijeenkomsten over de voortgang van het project kunnen die betrokkenheid creëren. Een nieuwsbrief, gebust bij alle wijkbewoners kan het initiatief nog extra in de verf zetten.

Borging

Van bij de start van het project is er aandacht voor de verankering van de activiteiten in de organisaties. Daardoor wordt de voortzetting van de activiteiten van de Vreedzame Wijk na afloop van het project verzekerd.

Evaluatie en monitoring

Bij de implementatie van het stappenplan worden tussentijdse evaluaties met mogelijke bijsturingen voorzien. Bij het einde van een invoeringstraject kan er een grootschalig evaluatiemoment voorzien worden om het gehele proces te beoordelen. Daarnaast is bij de evaluatie van het project ook een wetenschappelijk onderzoek mogelijk.

Afsluitende wijkbijeenkomst

Eens het invoeringstraject (feestelijk) afgesloten. is het project voldoende verankerd om zelfstandig verder te lopen.

Leerpunten

Stichting Vreedzaam geeft een aantal aandachtspunten op die van belang zijn bij de implementatie van de Vreedzame Wijk.

Focus op de wijk

Hoe de implementatie van de Vreedzame Wijk eruit ziet, verschilt van wijk tot wijk. Een analyse bij de start van het proces moet duidelijkheid scheppen waar de accenten van de Vreedzame Wijk moeten liggen.

Neem de tijd op een gestructureerde manier

Het implementeren van de Vreedzame Wijk vergt tijd en een goed geplande structuur. Het plan van aanpak moet duidelijke stappen omvatten op wijkniveau, maar ook op het niveau van de deelnemende organisaties. Het eerste jaar van het (standaard) invoeringstraject van de Vreedzame School bestaat uit vijf teambijeenkomsten, vijf stuurgroepvergaderingen, groepsbezoeken en een kennismakingsmoment van het programma voor de ouders. In het tweede jaar zijn er drie teambijeenkomsten, vijf stuurgroepvergaderingen en een mediatortraining gepland.

Wees gericht op de werkvloer

Het is belangrijk om de professionals in de wijk vaardigheidstraining en coaching te geven, zodat ze de principes van de Vreedzame Wijk (beter) kunnen toepassen wanneer ze werken met kinderen.

Ondersteuning geven aan de organisaties

Enkel training geven aan professionals is niet voldoende voor de succesvolle invoering van de Vreedzame Wijk binnen een organisatie. De principes van de Vreedzame Wijk moeten volledig ingebed worden in de structuur van de organisatie. Dit versterkt de geloofwaardigheid van de organisatie om de principes van de Vreedzame Wijk uit te dragen in de wijk.

Richt je op verschillende niveaus

Naast het werken op organisatieniveau, is het belangrijk om ook te werken op niveau van de kinderen. Het actief betrekken van alle niveaus vergroot de slaagkans van de Vreedzame Wijk. Een plan van aanpak bij de invoering van de Vreedzame Wijk moet de verschillende niveaus (lokaal bestuur, wijk, organisaties, professionals, kinderen) samen betrekken i.p.v. een apart plan voor elk niveau.

Beïnvloeding van zowel top-down als bottom-up

De manier waarop de Vreedzame Wijk wordt geïmplementeerd mag niet louter van bovenaf worden opgelegd op de ‘lager’ gelegen niveaus. Het is zinvol om ook stil te staan bij de ideeën en bezorgdheden die op deze ‘lagere’ niveaus leven. Een overlegorgaan voor kinderen kan een goed instrument zijn om de bezorgdheden en ideeën van kinderen te bundelen en te tonen aan de andere niveaus.

Gebruik externe expertise

Bij het invoeren van de Vreedzame Wijk is het belangrijk om je te laten begeleiden door een externe partner met kennis over de Vreedzame Wijk/School. In Nederland werken alle Vreedzame Wijken samen met Stichting Vreedzaam die hen bijstaat bij de succesvolle implementatie van de Vreedzame Wijk.

Toon het voordeel van de Vreedzame Wijk aan alle betrokkenen

Een grootschalige invoering van de Vreedzame Wijk kan een afschrikwekkend effect hebben op organisaties, waardoor ze afhaken. Het is belangrijk om alle betrokken partijen de voordelen en het doel van de Vreedzame Wijk te tonen. Zo vergroot je de overtuigingskans van hun deelname aan het project.

Maak gebruik van zij die reeds overtuigd zijn

Om andere partners en organisaties te overtuigen om deel te nemen aan het project kan er ook gekeken worden naar zij die al overtuigd zijn van het project om de ‘twijfelaars’ te overtuigen. Dit kan het invoeringstraject versnellen.

Projecteigenaar

  • Stichting Vreedzaam (invoering Vreedzame Wijk)
  • CED-Groep (Vreedzame School programma)

Partners

  • Expertise o.l.v. van Stichting Vreedzaam en/of door CED-groep gecertificeerde trainer/adviseur voor de Vreedzame School
  • Lokaal Bestuur
  • Onderwijs
  • Buurtverenigingen

Doelgroep

  • Jongeren
  • Wijken

Middelen

De kosten en personeelslasten zijn afhankelijk van het gebruik van externe expertise (zie leerpunt: Gebruik externe expertise).

Een project van deze grootte vergt heel wat personeelslast met zich mee. Niet alleen voor het lokaal bestuur die dit mee coördineert, maar ook voor alle organisaties die deelnemen.